Voor de zomermaanden heb ik een leuk bericht voor u. Tien jaar geleden ging Warren Buffett, ’s werelds meest succesvolle belegger, een weddenschap aan met hedgefonds manager Protégé Partners. Buffett wedde voor 1 miljoen dollar dat een indexfonds op de Amerikaanse S&P 500 het beter zou doen dan de professionele beleggers van Protégé Partners.
Hoewel de weddenschap pas eind dit jaar afloopt, lijkt de strijd met 40% verschil in het voordeel van het indexfonds, te zijn gelopen.
Het is een interessante weddenschap tussen actieve en passieve beleggingsstrategieën. De aanhangers van passief beleggen denken dat de markt over een langere periode moeilijk te verslaan is. Historische data van bijvoorbeeld de Nobelprijswinnaar voor de economie Daniel Kahneman wijst dat ook uit: zeven op de tien fondsmanagers weten de benchmark die ze volgen niet te verslaan. De drie die het wel lukte lijken geluk te hebben gehad. Naast de onvoorspelbaarheid van de markt, spelen de hoge kosten die actief beleid met zich meebrengt een belangrijke rol.
Kansloos
Hedgefondsen en beleggingsfondsen rekenen tussen 1-3% beheervergoeding van het belegde vermogen. Het rendement van zo’n beleggingsinstrument begint daardoor op -1 tot -3% tegenover -0,20% voor de indexbelegger. Vanuit die positie is bijna iedere belegger kansloos en dat is precies waarom Buffett wel voor één miljoen euro wilde wedden tegen dit hedgefonds.
Ondanks het (overweldigende) bewijs dat het nagenoeg onmogelijk is consistent de markt te verslaan behoren actieve strategieën tot de populairste beleggingsstrategieën ter wereld. Waarom is dat zo? Volgens Kahneman ligt het aan ons brein en de foutjes in ons denken. Kort samengevat onderschatten we risico’s, overschatten eigen kennis en kunde, zijn niet in staat statistisch te denken, hebben een aversie tegen verliezen en nemen daardoor soms impulsieve irrationele beslissingen.
Beleggen is een zero-sum-game: tegenover iedere winnaar staat een verliezer. Het is daarom onmogelijk dat een meerderheid van de beleggers het beter doet dan het gemiddelde. Dat is precies waarom beleggingsfondsen en hedgefondsen het zelden consequent beter doen dan de benchmark die ze volgen.
Wie dit (behavioral finance) leuke materie vindt kan ik aanraden het boek ‘Thinking, Fast and Slow’ van Daniël Kahneman te lezen. Het zit vol met nuttige inzichten voor iedereen, maar vooral voor beleggers. Door het voorkomen van de zogenaamde biases (foutjes in ons denken) zult u uw lange termijn rendement mogelijk aanzienlijk verbeteren. Het is wel een dikke pil van ruim 700 pagina’s. Als u daar geen tijd voor heeft en het toch beter wilt doen dan de meeste beleggers, raad ik u aan ETF’s te kopen tegen lage kosten met een fiscaal efficiënte structuur. Want in een zero-sum-game is het marktgemiddelde meestal beter dan de rest.