Deze week zouden er meerdere Amerikaanse macro-economische cijfers gepubliceerd worden, zoals de detailhandelsverkopen en het BBP.
Georgette Boele, valutadeskundige bij ABN Amro: “Het ziet er naar uit dat de detailhandelsverkopen pas volgende week gepubliceerd worden en het Amerikaanse BBP eind van de maand. Hierdoor is het aandachtsgebied van de markt op de eurozone gebleven en niet verschoven naar de VS. Deze week was er een opstapeling van negatief nieuws op het macro-economische front van de eurozone. Italië is officieel nu in een recessie beland en wij hebben onze groeiprognoses naar beneden bijgesteld. Daar komt bij dat economische cijfers uit Duitsland ook zwakker waren dan verwacht. De Europese Commissie stelde haar groeiprognoses ook naar beneden bij: voor de eurozone van 1.9% naar 1.3% in 2019. Doordat het relatief stil was op het gebied cijfers vanuit de VS bleven beleggers dus gefocust op de euro. Deze zwakkere cijfers en neerwaartse bijstellingen van groeiramingen zorgden dat de euro iets in waarde daalde. Echter het negatieve effect was minimaal. Dit komt doordat het merendeel van deze verwachtingen al in de koers van de euro verdisconteerd zaten. Mocht dit niet het geval zijn geweest dat was euro veel lager dan nu het geval is. EUR/USD zit al sinds oktober vorig jaar in een krappe bandbreedte van 1,1245 en 1,1600 en hieraan lijkt voorlopig geen einde te komen. Een richting ontbreekt volledig.”
