De angst onder beleggers dat de Griekse problemen overwaaien naar andere eurolanden kreeg deze week een flinke impuls, mede doordat kredietbeoordelaar Standard & Poor’s (S&P) zijn oordeel over de kredietwaardigheid van Portugal fors verlaagde. Stond de Portugese rente op staatsleningen met een looptijd van twee jaar begin deze week nog op 2,9%, momenteel bedraagt de twee-jaarsrente maar liefst 4,6%.
Er zijn flink wat overeenkomsten tussen Griekenland en Portugal: de zwakke internationale concurrentiepositie, het geringe aandeel van de export in de totale afzet, de lage spaarquote, de hoge externe schuldpositie en het grote tekort op de lopende rekening. En dan is er nog het feit dat het overgrote deel (80%) van de staatsschuld van beide landen in handen is van buitenlandse beleggers. Geen wonder dat Portugal door sommige beleggers wordt gezien als het “volgende Griekenland”.
Er zijn echter ook belangrijke verschillen tussen beide landen. Het begrotingstekort in Portugal is minder groot dan in Griekenland; de staatsschuld is bovendien een stuk lager. Een ander belangrijk verschil is dat de Portugese overheid, onder leiding van premier Socrates, niet het geloofwaardigheidsprobleem heeft van de Grieken, die meerdere keren onjuiste begrotingsstatistieken hebben voorgeschoteld. Het is dus nog maar de vraag of Portugal de “Griekse gifbeker” daadwerkelijk zal drinken.
Bron: ING Economisch Bureau
Elke ochtend beleggingstips ontvangen? Meld u gratis aan voor Cashcow Daily!