Wanneer moet ik instappen?

Column | Website: www.vaneck.com | Nog geen reacties

Zeker in tijden van grote prijsschommelingen op de beurs komt de vraag vaak boven: Wanneer moet ik instappen? Of juist uitstappen? In kranten en op het journaal zijn ze er heel goed in een rendementsgrafiek te tonen waar het overduidelijk was dat u zes maanden geleden had moeten instappen. Of juist twee maanden geleden had moeten uitstappen. Wat is de wereld toch simpel… achteraf!

Zelf ben ik geen voorstander van actief in- en uitstappen. Waarom? Omdat het heel moeilijk is hiermee waarde te creëren. Markten reageren zeer onvoorspelbaar op nieuws. Neem COVID-19. Het nieuws hierop is druppelsgewijs binnengekomen. Op sommige berichten werd helemaal niet gereageerd, op andere juist heel heftig. Zowel in positieve, als in negatieve zin.

Zelfs goedgetrainde beleggingsspecialisten die zich de hele dag op het nieuws concentreren, veelal met de hulp van krachtige computers, weten door hun beslissingen geen meerwaarde te creëren. Zo blijkt wel uit de teleurstellende rendementen van de meeste actief beheerde fondsen.

In het verleden gesimuleerde rendementen….

Laat u vooral ook niks wijsmaken door gesimuleerde rendementen. Ook wel back-tests genoemd. Die tonen namelijk (verrassenderwijze) in het algemeen gouden bergen aan. Het is echter niet moeilijk om achteraf een beleggingsstrategie te bepalen die in het verleden fantastisch zou hebben gewerkt. Of dit in de toekomst zo zal zijn, is daarentegen zeer de vraag.

Risicopremie

Wetenschappelijk onderzoek onderstreept keer op keer het volgende: beleggen zou op de lange termijn door een risicopremie beloond moeten worden. Door uw geld te investeren, loopt u risico: koersrisico, valutarisico, etc. Dit risico moet financieel gecompenseerd worden en dat is het verwachte positieve beleggingsrendement. Door uit te stappen, al is het maar tijdelijk, loopt u deze risicopremie mis. Daarbij zullen transactiekosten door herhaaldelijk in- en uitstappen toenemen.

Stop-loss versus herweging

Sommige beleggers leggen zogenaamde “stop-loss” orders in. Zo’n stop/loss limiet wordt bijvoorbeeld ingelegd op 15% onder de aankoopwaarde. Zakt het effect tot dat niveau, wordt het automatisch verkocht. De gedachte is dat een verlies tot dit niveau nog te verdragen is.

Mijns inziens is dit niet de juiste benadering. Zeker over langere periodes is de kans heel aanzienlijk dat het effect door natuurlijke fluctuaties een keer de stop-loss grens passeert. Indien u dan uitstapt, mist u eventuele daaropvolgende koersstijgingen.

Mocht u koerswinsten willen verzilveren, kunt u overwegen uw allocatie tussen beleggingscategorieën af en toe actief te wijzigen. Als bijvoorbeeld uw aandelen zijn gestegen, zou u een deel kunnen verkopen en met de opbrengst obligaties kopen. En vice versa. Zo blijft u altijd geïnvesteerd en profiteert u van de risico-premie. Onze VanEck Vectors Multi Asset Allocation UCITS ETFs doen dit overigens voor u. Ieder jaar worden ze herwogen. Indien een beleggingscategorie relatief gestegen is, wordt zijn gewicht gereduceerd en verdeeld over de andere beleggingscategorieën.


Deel dit artikel

Geschreven door:

Martijn Rozemuller

Martijn Rozemuller is managing director van VanEck en verantwoordelijk voor de Europese activiteiten van VanEck. Hij was in 2009 één van de oprichters van Think ETFs dat inmiddels is overgenomen door VanEck. Voorheen was hij partner bij handelshuis Optiver.


Bekijk alle 51 berichten van Martijn Rozemuller

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Terug naar het columns overzicht

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies om u de beste surfervaring te geven. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op 'Accepteren' hieronder, dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten