De groei van de Amerikaanse economie in het vierde kwartaal met 3,2% werd voor een belangrijk deel gedreven door de binnenlandse consumptie. De consumptie groeide het sterkst sinds begin 2006. De Amerikaanse consument lijkt dus terug van weggeweest. Maar schijn bedriegt.
Want wat gaat hij doen, zo vragen de economen van ING zich af. “De werkgelegenheid stijgt maar mondjesmaat, evenals de lonen. Het blijkt dat consumenten in het vierde kwartaal minder zijn gaan sparen. Hier zit direct het probleem: de spaarquote kan niet veel verder omlaag. Veel Amerikanen moeten flink sparen om hun hypotheekschulden te kunnen onderhouden of af te lossen. De sterke consumptiegroei van dit kwartaal zal waarschijnlijk dus niet standhouden.”
“Opvallend was verder dat de toename van de consumptie niet leidde tot een groei van de import. Integendeel: de import kromp, terwijl de export toenam. Dit is gunstig: een van de structurele Amerikaanse problemen is dat het land boven zijn stand leeft door structureel meer te importeren dan te exporteren. Dit probleem is in het vierde kwartaal weer wat kleiner geworden. De lagere import zorgde er ook voor dat de voorraden niet meer toenamen, wat in de BBP-boekhouding een flinke min oplevert. Al met al een gemengd beeld: de consumptiegroei lijkt niet vol te houden, maar de verkleining van het gat tussen im- en export is bemoedigend.”
Elke ochtend beleggingstips ontvangen? Meld u gratis aan voor Cashcow Daily!