China maakt het Europese ondernemingen niet makkelijk om hun producten in het land op de markt te brengen. De manier van handelen van China treft daarmee ook de Europese economie. De zes pijnpunten op een rij.
1. Afwijkende productnormen
China trekt zich niets aan van de internationale isonormen, waardoor buitenlandse bedrijven moeilijk kunnen concurreren op de Chinese markt. Bovendien moeten ondernemingen voor de certificatie van hun product veel te veel bedrijfsgeheimen prijsgeven.
2. Grondstoffen
China heeft de prijzen van grondstoffen verlaagd die zijn benodigd voor de fabricage van onder meer mobiele telefoons en computerchips. China heeft vrijwel een monopoliepositie op het delven van deze grondstoffen. China heeft vervolgens de export aan banden gelegd, zodat Westerse bedrijven met leveringstekorten kampen. De prijzen van sommige grondstoffen zijn daarmee vervijf- tot vertienvoudigd.
3. Overheidsopdrachten
De Chinese regels vereisen dat overheden en staatsbedrijven hun opdrachten alleen plaatsen bij Chinese bedrijven. Europese bedrijven vallen dus per definitie buiten de boot, en vinden de regel discriminerend.
4. Patenten
China neemt het niet zo nauw met de patenten van Westerse bedrijven. Maar ook de innovaties van Chinese bedrijven worden steeds vaker het slachtoffer van een imitatieproduct uit eigen land. In Europa is inmiddels 54% van de namaakproducten uit China afkomstig.
5. Prijsdumping
Chinese bedrijven verkopen hun producten goedkoper in Europa dan op hun eigen markt. De export wordt bovendien ondersteund met subsidies. Oneerlijke praktijken, zeggen Europese bedrijven.
6. Yuan
China staat onder steeds grotere druk om de yuan te laten revalueren. Een goedkope yuan is immers goed voor de Chinese uitvoer. Maar een duurdere yuan biedt weer afzetmogelijkheden voor buitenlandse bedrijven op de Chinese markt.
Bron: De Morgen
Elke ochtend beleggingstips ontvangen? Meld u gratis aan voor Cashcow Daily!